Interview Jacky Duyck

Tekst: Annelies Desmet
Eindredactie: Maya Van Holder
Foto's: archief
Opname en montage: Croes wood & images

Kunstschilder en ereburger Jacky Duyck is al 35 jaar de bezieler en zorgt voor de artistieke leiding in het creatief andersvaliden atelier: "Het is belangrijk dat andersvaliden creatieve kansen krijgen en in de inspirerende en vriendschappelijke sfeer van ons atelier zich gelukkig voelen.”

De monitoren Martine Callaert, Annie De Decker, Lise De Meulemeester, Monique Mertens en Yolande Kerkhofs begeleiden de cursisten om hen de mogelijkheid te geven zich creatief beter uit te drukken en om er plezier aan te beleven. Met nieuwe technieken en ideeën zijn ze creatief met verf, potlood, stift, collage, …

 

 

"Ik heb alleen maar schone herinneringen aan Westrand."

 

 

Dag Jacky. Nog eens welkom in Westrand.

Jacky: Dankjewel. Ik kom hier al jaren heel graag. En ik heb enkel maar mooie herinneringen aan dit huis. In 1974 kreeg ik hier de kans om een jeugdatelier op te starten. Daarnaast gaf ik ook les in het volwassenatelier, soms zelfs tot in de late uurtjes. Wekelijks kwamen zo’n 120 kinderen en 120 volwassenen langs. Dat was een hele mooie tijd. De mensen zijn me nog steeds dankbaar omdat ze zoveel geleerd hebben. Want ik leerde hen niet alleen schilderen, maar ook kijken en ontdekken.

Waar ben je het meest fier op?

Jacky: Dat zijn ongetwijfeld onze uitstappen naar buitenlandse musea. Ik ging eerst met mijn vrouw op prospectie naar verschillende tentoonstellingen in Parijs, Düsseldorf, Keulen, Noord-Frankrijk, en noem maar op. Nadien trokken we met een groep van 50 mensen wel 12 keer naar Parijs en 2 keer naar Londen. In verschillende musea gaf ik dan uitleg en een rondleiding. Zo boeiend allemaal, ook voor de leerkrachten en monitrices.  

En ook op de jeugdateliers ben ik bijzonder trots. Ik herinner me nog de ‘Dag van het Park’. We namen onze schildersezels mee naar buiten en begonnen naast het kasteel te schilderen. Dat wekte natuurlijk de aandacht van veel kijklustigen. Formidabel (lacht).

Mooi om te zien dat je er nog steeds veel plezier aan beleeft. Vertel eens hoe het voor jou allemaal begonnen is. Was je in 1973 bij de opening van Westrand?

Jacky: Ja, ik heb de eerstesteenlegging meegemaakt en ik heb zelfs nog de motorcross geweten in de Wolfsputten. Ik volgde toen les bij kunstenaar Maurice Van Saene. Tijdens de opening van Westrand mocht hij de allereerste tentoonstelling organiseren in de ruimte waar nu de cafetaria is. In die galerij heb ik later zelf ook nog tentoongesteld. 

Maurice Van Saene (c) Roland Minnaert: 

Het begon allemaal in een klein lokaaltje op de derde verdieping van Westrand met 20 kinderen en 20 volwassenen. De vraag om in te schrijven bleef maar stijgen en al snel kreeg ik beneden een groter atelier ter beschikking. Ik ben de toenmalige directeur en het schepencollege nog altijd dankbaar dat ze de nodige budgetten vrijgemaakt hebben om die werking te kunnen uitbreiden. Ik herinner me nog een woensdagnamiddag dat de ouders in een file stonden om hun kinderen in te schrijven want ook in het groter atelier was al snel niet voldoende ruimte om iedereen toe te laten. Samen met de directeur heb ik toen beslist om het aantal inschrijvingen per sessie te beperken tot 120 deelnemers. De 7-9 jarigen kregen les op woensdag van 14u tot 16u en de 10-15 jarigen van 16u tot 18u. Het volwassenatelier ging door op woensdag en donderdag van 19u tot 23u. En op donderdagnamiddag was er een vrij atelier. 

Jullie organiseerden toen al een jaarlijkse tentoonstelling met de cursisten?

Elk jaar in juni organiseerden we een eindejaarstentoonstelling van de jeugdateliers en de volwassenateliers. Dat trok enorm veel volk. Ter gelegenheid van het feestjaar van Westrand plannen we opnieuw een tentoonstelling in november. 

Hoe ben je gestart met het ‘creatief andersvaliden atelier’?

Jacky: Het idee kwam eind jaren ’80 van een vader van een andersvalide. Zo’n groot atelier zou ook voor  mensen met een beperking open mogen staan, vond hij. De directeur vroeg mijn mening hierover en ik hapte meteen toe. Aan enkele monitoren, die bij mij les hadden gevolgd en die voldoende bagage hadden, heb ik toen gevraagd om hier aan mee te werken. En zo richten wij sinds 1988 ateliers in voor andersvaliden op maandagavond om de 14 dagen. Samen met een tof team van 4 monitoren leid ik dit in goede banen, want het is belangrijk om onze gasten goed te begeleiden. Ondertussen doe ik dit al 35 jaar met veel plezier en veel bezieling. En ik denk dat we goed bezig zijn, want sommige mensen komen al 20 jaar.

Hoe ben je op de naam ABK gekomen?

Jacky: Ik was aan het denken: het is geen school, het is geen academie, maar een atelier, dus daar staat de A voor. En wat we deden was beeldende kunsten. Dus kwam ik op ‘Atelier Beeldende Kunsten’. Een hele mond vol, dus heb ik voorgesteld aan de directeur om het af te korten tot ABK. Iedereen ging akkoord. Het wordt nu nog gebruikt en ook in andere culturele centra hebben ze deze naam overgenomen.

Je hebt in die tijd ook voor de toenmalige BRT gewerkt waardoor je in die tijd ook erkend werd van televisie. Een heel andere tijd neem ik aan dan vandaag.

Dat was een hele mooie tijd. Ik kwam hier bijna dagelijks, ik was kind aan huis. Ik heb me nooit willen laten benoemen, want als kunstenaar moet je ook een vrijheid hebben. Ik heb dus altijd freelance gewerkt waardoor ik ook die flexibiliteit had om ook andere projecten te doen. Ik deed dus jeugdanimatie op de toenmalige BRT, dat waren rechtstreekse uitzendingen op woensdagnamiddag, samen met Nonkel Bob (Bob Davidse), Zaki en Nadine Desloovere. Dat was een zeer creatieve en bloeiende tijd. Na afloop moest ik mij haasten van de Reyerslaan naar Westrand. Ik at dan snel een koude schotel, terwijl de volwassenen het atelier al binnen kwamen. En dan lesgeven tot 23u. Zoveel uren na elkaar, dat zou ik nu niet meer kunnen (lacht). 

Je hebt het Westrandgebouw weten bouwen. Heb je Hoppenbrouwers, die ook kunstenaar was, ooit ontmoet?

Jacky: Ja, ik kende hem van in Sint-Lucas. Ik ben naar de opening gekomen en vond het gebouw ongelooflijk. Die crepi op de muren en die palen zijn toch heel kenmerkend en eigen aan Hoppenbrouwers en aan de bouw. 

Wat vind jij het meest bijzonder aan het gebouw?

Jacky: Vanuit Westrand heb je een prachtig zicht op de open ruimtes rondom het gebouw. Indertijd was de directeur niet akkoord dat er teveel panelen werden geplaatst. Je moest een doorkijk hebben naar de Wolfsputten. Het gebouw brengt de natuur naar binnen als het ware. Het is daar zo mooi achteraan, zeker als je buiten zit te tekenen. 

Ik hou niet van 1 hoekje of ruimte, maar van alle ruimtes hier. En ook van het secretariaat: dat was een symbiose met alle vrouwen die er werkten. Dat was meteen ambiance. Ik mocht er altijd bellen of langs gaan, ik was nooit iemand die stoorde. Ik had ook een heel goede samenwerking met de kuisploeg, ik bewonder die vrouwen. Die waren tevreden, want in mijn atelier om 23u moest alles terug op zijn plaats gezet en gekuist worden. Dat mocht niet blijven liggen. Ik moest dat na een tijd niet meer vragen: er waren een 3 à 4 mensen die dat meteen na de les deden. De kuisploeg was me hiervoor dankbaar.

Wat weet je nog van de opening in 1973? Hoe was de sfeer?

Jacky: Dat was formidabel. In Sint-Lucas kreeg ik les van Maurice Van Saene, hij werd aangebracht door Piet Van Waeyenberghe. Dat was een hele mooie tentoonstelling met zijn marines, lineair. Er was veel volk en het waren allemaal open ruimtes, je kon alles bezoeken.

Wanneer heb je dan beslist om het ABK over te laten aan andere docenten? 

Ik ben officieel met het atelier begonnen in 1974 en in 2004, dus 30 jaar later, heb ik beslist om af te bouwen. Want het is toch zwaar, 2 avonden in de week tot 23u. En dan bleven we dikwijls in de cafetaria nog hangen met een man of 6 met een Leffe en nog een Leffe. Dus het was 1u  vooraleer we naar huis gingen. Die vriendschappen koester ik voor het leven. Ik heb 2 woorden die ik veel in de mond neem en dat zijn formidabel en bezieling. Dat vind ik belangrijk.

Je spreekt ook met veel bezieling over de geschiedenis. Is er een moment dat je het meest bijblijft? 

Jacky: Mijn meest memorabele moment was een tentoonstelling in 1977, wanneer er ook een boek verschenen is over mij. Verschillende sprekers waren er toen bij, zoals Filip Vergels, Frans Decraen, dichter Pieter Geert Buckinx, Emile Kesteman, dichter Erik Van Ruisbeek. Een formidabele vernissage, die heel veel volk op de been bracht. Een tweede tentoonstelling die me bijgebleven is, waar nu de galerij is, dat was Rudi Van Vlaanderen die mijn inleiding deed. Ook heel veel volk, niet alleen voor mij, maar ook voor Rudi. Hij was een grote acteur, directeur geweest van het Rits in Brussel, een vriend geworden. De directeur vroeg me toen: durf jij Wim Vangansbeke vragen om uw inleiding te doen? Want die had een programma vrijdagmorgen, dat waren besprekingen van toneel en tentoonstellingen, en die was heel streng. Hij zag mijn werk graag. Ook een formidabele vernissage, ook qua tekst en inhoud. En ik heb dan nog een tentoonstelling gehad met een inleiding door Johan Verminnen en Zaki en Ivo Gooris, de toenmalige directeur van de Ancienne Belgique, toen was er ook heel veel volk en er is toen ook een boek over mijn werk verschenen. Dus ik heb veel te danken aan Westrand. Ik heb hier altijd veel plezier gehad.

Ga je zelf iets organiseren tijdens ons feestjaar?

Jacky: Voor de andersvaliden plannen we een grote tentoonstelling van 3 weken in oktober en november. Dat gaat geweldig zijn, ook voor de gasten. Normaal is deze tentoonstelling om de 2 jaar, maar met corona hebben we veel problemen gehad. 

Heb je een wens voor de komende 50 jaar?

Jacky: Nog 50 jaar kunnen bezig zijn, maar dat zal niet meer lukken (lacht). Ik ga dit jaar mijn atelier vieren. Ik heb nog veel atelierbezoeken, maar ik ben aan het afbouwen, zodat ik zelf veel zou kunnen schilderen. Ik heb feestelijk afscheid genomen in 2004, want ik moet mezelf kunnen herbronnen en met mijn vrouw kunnen weggaan en vakantie nemen ook. Met die corona hebben we toch veel verloren.

Nog een laatste vraag en feestelijke vraag Jacky, wat is jouw favoriete taart?

Jacky: Een Geraardsbergse mattentaart, dat heb ik graag (lacht). 

Dan zullen we daarvoor zorgen. Heel erg bedankt voor het gesprek.

Jacky: Graag gedaan. Ik ben blij dat ik hier zo een mooie tijd doorgebracht heb. Ik heb bijna de tranen in mijn ogen. Ik ben overgevoelig, dat moet je weten.