Vrijwilliger in de kijker

Alain Vanclooster

 

Wie is Alain Vanclooster en wat is jouw link met Westrand?

Alain: Ik woon in Groot-Bijgaarden en mijn link met Westrand is onder andere dat ik hier al zeven jaar vrijwilligerswerk doe als deurdienst. Dat houdt in dat ik toegangstickets scan aan het begin van een voorstelling. Ik doe dat ongeveer twee keer per maand, samen met mijn vrouw Véronique Bogaert die in de bibliotheek van Dilbeek werkt.

Wat is jouw meest memorabele moment in Westrand? 

Alain: Er is altijd wel iets in Westrand. Zo zijn er nu splinternieuwe scanners en ze werken niet op de wifi, het is hier nooit saai hè. De Coronaperiode is natuurlijk een heel speciale tijd geweest waar we zelfs de temperatuur van het publiek moesten meten met een pistool tegen het voorhoofd. Er waren toen verschillende ingangen met kleurtjes en pijltjes. Ik moet zeggen dat we daar nooit problemen mee hebben gehad, iedereen wist dat ze voorzichtig moesten zijn en dat hier speciale voorwaarden aan verbonden waren.

Er zijn altijd grapjassen die me aanspreken met “Dag Alain” en ik moet toegeven dat ik dan telkens een paar seconden denk “maar wij kennen elkaar toch niet?” om pas daarna te beseffen dat ik een naamkaartje draag…  En dat gebeurt telkens weer, ik laat me telkens weer verrassen. 

Krijg je soms moeilijke mensen over de vloer? 

Alain: Alleen om terechte zaken natuurlijk, maar dan sturen we ze door naar de balie waar hun probleem kan bekeken worden. Ik heb nog nooit mensen meegemaakt die kwaad waren of baldadig gedrag vertoonden.

Zie je vaak dezelfde mensen? 

Alain: Wel, het is zo dat wij toch heel wat inwoners kennen en die ook vaak tegenkomen. Maar wat me vooral opvalt dat voor alle genres het publiek behoorlijk ‘oud’ is, de gemiddelde leeftijd is gepensioneerd. We missen heel wat dertigers en veertigers in het publiek. Maar dat zien we in het vrijwilligerswerk ook. Ik ben al mijn hele leven vrijwilliger.

Waarom ben je vrijwilliger geworden? 

Alain: Sinds ik werk, dat is al 37 jaar, heb ik altijd vrijwilligerswerk gedaan. Toen ik begon, was ik jong en alleen en ik kwam vanuit West-Vlaanderen naar Brussel wonen en een nieuwe wereld opende en ik moest mij op één of andere manier manifesteren en integreren en vrijwilligerswerk helpt daarbij. Ik heb acht jaar in Laken gewoond en daarvan heb ik zeven jaar gewerkt op het centrum ter preventie van zelfmoord. Dat was een wekelijkse routine, ik deed elke vrijdagnacht de telefoonoproepen. Ik heb daar veel geleerd over het leven en aan elk vrijwilligerswerk hou ik vrienden voor het leven over. Daarna ben ik naar Dilbeek verhuisd en hier ben ik compostmeester geworden. Bij de eerste of tweede generatie van de groep compostmeesters, ik heb daar de wetenschap en de kennis over het thuiscomposteren aan overgehouden. Daarna ben ik vertrokken naar Koekelberg en ben ik mij in het culturele leven gaan engageren bij een kleine vereniging. Dat was kamerconcertjes organiseren, kleine tentoonstellingen en wandelingen. Ik ben dat ook blijven doen in Dilbeek maar dan in een andere vereniging. En toen ben ik ook in de cultuurraad toegetreden. Sinds ik samen met Véronique in Dilbeek woon, zijn we samen deurdienst geworden in Westrand.

Wat is jouw motivatie om vrijwilligerswerk te doen? 

Alain: Ik vind het belangrijk dat als je tijd en energie hebt, moet je niet alleen voor jezelf werken. Dat is niet genoeg in het leven. Je gaat werken omdat je ervoor betaald wordt, dat is een één op één relatie. Ik betaal iemand om een badkamer te installeren en die persoon doet dat omdat hij betaald wordt. Dat is praktisch en comfortabel, maar ik vind dat voor mezelf niet genoeg. Je moet ook geven, zonder verwachtingen, zonder iets te moeten terugkrijgen. Ik ben ervan overtuigd dat ik ook terug ga krijgen, maar niet één op één. Zo kan het ook werken, het is niet zo comfortabel want je weet niet zeker wat je gaat krijgen en wanneer. Die twee systemen zijn heel complementair. Vrijwilligerswerk is voor mij een soort levensvisie. Ik kan delen van mijn rijkdom van tijd en energie en zelfs financieel. Ik kan delen met anderen die het zelf niet zo goed hebben en dat maakt mijzelf gelukkig. Ik kan daarvan genieten.

Deze visie komt ook aan bod in jouw laatste boek. 

Alain: Klopt. Ik wil dan ook graag citeren (titel, p 226): Geluk en liefde schuilen in het vermogen om onvoorwaardelijk te geven zonder iets terug te verwachten en de gave ervan te genieten anderen een mooi moment te bezorgen, hoe klein ook. Erop vertrouwend dat je zelf zal krijgen wat je nodig hebt. Je geeft aan het universum en je krijgt van het universum terug. 

Vertel eens waarom je een boek schreef. Je bent hiermee niet aan jouw proefstuk toe? 

Alain: Nee klopt, het is zelfs een feestelijke editie want het is mijn tiende boek, maar wel het dikste en maatschappelijk gezien het meest relevante. Ik schreef voordien vooral poëzie en korte verhaaltjes. Ik heb onder andere ook de legende van Sint-Alena herschreven in een hippere versie. Het is ook niet het eerste boek over Oekraïne, maar het derde.  Ik heb ook een studie gemaakt over Tsjernobyl en ik heb dat vertaald in een poëzieboek en in een roman. De roman is gebaseerd op een waargebeurd verhaal van een vriendin van mij die ik bezocht in Oekraïne zes jaar geleden. En de poëzie is vertaald naar het Oekraïens en ook daar verschenen.

Vanwaar komt jouw interesse in Oekraïne? 

Alain: Heel toevallig eigenlijk. Zeven jaar geleden ging ik samen met Véronique naar de boekenbeurs en ik werd aangetrokken door een boek: Atlas van verdwenen steden. Dat waren 50 verhalen over verdwenen steden, en ook het verhaal van Prypjat (Oekraïens: Прип'ять), de stad die het hardst getroffen is nabij de kerncentrale, dat was een stad van 50.000 inwoners die volledig geëvacueerd is en sindsdien een spookstad is geworden. Ik was daar zo door aangedaan want ik wist niet dat er een gebied van 30 km diameter volledig geëvacueerd is voor de eeuwigheid en dat daar een stad in lag. Ik was meteen getriggerd. Ik zat in het begin van mijn legerdienst toen Tjernobil gebeurde en ik heb daar wel wat herinneringen aan. Ik ben dan wat opzoekingswerk beginnen doen en zo kwam ik in contact met een slachtoffer die ook poëzie schreef. Van het één is het ander gekomen en kijk waar ik vandaag sta en waar het nog niet geëindigd is waarschijnlijk. Het grappige van het verhaal is dat ik Oekraîners kende voor de grootschalige oorlog uitbrak. Dat was geen ver van mijn bed show, want ik had vrienden ginder en hier. Ik ben direct poëzie beginnen schrijven maar door een paar toevallige gesprekken ben ik overgeschakeld op interviews. Dat is een project op zichzelf geworden en ik zal de poëzie volgend jaar terug opnemen.

Heeft het een grote impact gehad op jou om die heel persoonlijke verhalen op te schrijven?

Alain: De meeste dingen waren heel choquerend. Vooral het verhaal van de zwangere vrouw die tot drie keer toe op een paar uur tijd aan de dood is ontsnapt. Haar appartement is getroffen door een raket toen ze net gevlucht was, haar kamer in het moederhuis werd kapot geschoten net na haar vertrek daar en ze is aan de dood ontsnapt door de verkeerde bus te nemen want de bus die ze moest nemen is aangevallen door de Russen. De bevallig is vreemd genoeg uitgesteld, want ze was uitgerekend voor de dag voor de invasie, uiteindelijk hebben ze de bevalling twee weken later moeten inleiden. Het heeft ook een impact op mijn leven, want ik ontferm mij ook over een gezin van twee muzikanten en drie kleine kinderen. Die vriendschap heeft mijn leven ondersteboven gehaald want tot de dag van vandaag hebben zij nog steeds geen woonst gevonden. Ik doe het voor de vriendschap, dat is de spirit en de motivatie. Ik help ook met het huiswerk. Ze sturen mij foto’s door van de dingen die ze niet begrijpen.

Vind jij dan wel nog rust? 

Alain: Het geeft mij zelfs rust. Ik ben de zotte nonkel in de familie, maar dat vind ik een compliment want zotte nonkels zijn meestal gelukkig en maken veel plezier. Het zijn niet mijn zorgen, ik kan naar huis gaan en ik draai de knop om. Ik heb ook mijn grenzen. Ik doe wat ik kan. Je moet wel grenzen stellen want zij hebben eigenlijk constant vragen. Eenmaal jouw deur openstaat, weten ze jou te vinden.

Hoe zou jij mensen overhalen om vrijwilliger te worden in Westrand?

Alain: Je krijgt de crème de la crème van het podiumaanbod te zien. Je moet dit doen als je cultuurconsument bent en je krijgt ook de kans om dingen uit te testen. Je leert mensen kennen, je komt buiten, je blijft bezig.

Geniet je van naar een voorstelling te komen kijken? 

Alain: Natuurlijk. Het comfortabele van deurdienst te zijn, is dat je meteen na het vrijwilligerswerk, van een gratis voorstelling kan genieten. Als de voorstelling goed is, dan is dat mooi meegenomen. Als ze tegenvalt, dan ben ik ook maar 2u verloren. Daar geeft niemand om, maar het heeft ons niets gekost. We zijn zeer dankbaar voor die voorstelling die we in ruil krijgen, dat is een prachtig cadeau.

Kiezen jullie bewust voor bepaalde genres?

Alain: Nee, we doen theater, muziek, humor en dans. Wij kiezen op basis van het tekstje in de seizoensgids. We duiden aan wat ons aanspreekt. Sommige namen ken je en kiezen we op basis van de artiest. We hebben nooit spijt dat we gekomen zijn.

Hebben jullie ook contact met de andere vrijwilligers?

Alain: Een aantal keer per jaar hebben we een fijne babbel en op de avond zelf wisselen we een paar woorden. Het is een leuke groep, er komen elk jaar ook nieuwe gezichten bij en er zijn natuurlijk ook anciens die al jaren meegaan.

Wat is jouw wens voor Westrand? 

Alain: Dat het kan blijven werken zoals het al jarenlang goed werkt. Ik volg niet helemaal het politiek beleid, ik vind dat ze onvoldoende uitpakken met het centrum dat hier is opgebouwd. De reputatie van het centrum is heel goed, de programmatoren durven risico’s nemen, ze brengen een heel internationaal aanbod. Ik heb wel de indruk dat Covid iets veranderd heeft, er zijn minder voorstellingen uitverkocht. Er zijn ook voorstellingen waar enkele tientallen mensen zitten omdat het niet zo commercieel rendabel is, maar dat is ook de opdracht van een cultuurcentrum. Ik hoop dat in de toekomst de politiek zich niet gaat moeien met de programmatie. Daar ben ik wel bang voor. Er moet nog altijd kritisch inhoudelijke voorstellingen durven geplaatst worden.

De vlucht van de ooievaars

Het laatste boek van Alain Vanclooster heet De vlucht van de ooievaars en is verschenen bij Uitgeverij Partizaan en beschikbaar in de betere boekhandel of de bibliotheek Dilbeek.

De boek(voorstelling) “De Vlucht van de Ooievaars” over en voor vluchtelingen kreeg heel wat aandacht op de Oekraïense televisie. 

Bekijk een fragment

Ook RingTv bracht het boek van Alain in het programma Over de rand.

Bekijk de reportage

Ook interesse om vrijwilliger te worden?

We zijn nog op zoek naar extra deurdiensten voor de familievoorstellingen. Daarnaast zijn we terug op zoek naar gastvrouwen en gastheren om de artiesten te ontvangen voor het avondeten. 

Ik ben kandidaat